Spelregels curlingcompetitie

Beide teams nemen plaats tegenover elkaar op het ijs en laten de curlingstenen glijden.
Het handvat van de steen wijst naar het team. Dat team bepaalt welk team mag beginnen.
(Tip: het is vaak gunstiger om de tegenstander te laten starten, zodat jouw team de laatste steen mag gooien.)

Na de eerste worp schuiven beide teams om en om een steen, totdat alle stenen in het spel zijn geweest (ieder team heeft 4 stenen).
Een ronde waarin beide teams hun 4 stenen hebben gegooid, heet een end.

De werper brengt de steen in het spel door hem over het ijs te schuiven en vóór de streep los te laten.
Twee teamleden vegen voor de steen uit om hem verder te laten glijden en de richting te beïnvloeden.
De andere teamleden staan achter het huis (de cirkel), geven aanwijzingen en mogen stenen van de tegenstander wegvegen zodra deze geraakt zijn en het midden van het huis zijn gepasseerd.

Na elke worp wordt gewisseld, zodat alle 4 teamleden een keer gooien.
Het gaat erom welke steen het dichtst bij het midden van het huis ligt. Het team met die steen wint de end.
Het winnende team begint bij de volgende end.

Een wedstrijd duurt 20 minuten. Er kunnen dus meerdere ends per wedstrijd gespeeld worden. Als de tijd om is, stopt de wedstrijd direct; een nog niet afgemaakte end telt niet mee.

Stenen die de zijkant of achterkant van de baan raken, worden uit het spel gehaald. Dit geldt ook voor stenen die kantelen tijdens het schuiven. Wordt hierdoor een steen die wél telde verplaatst, dan wordt deze teruggelegd op de oorspronkelijke plek.

Na afloop melden de captains van beide teams de uitslag bij de curlingmeester. De teams die als laatste spelen, helpen mee met het opruimen van het veld. Over de uitslag kan niet worden gecorrespondeerd.